Kwartet fanaten op het programma
Het Ruysdael Kwartet speelt op zaterdag 16 november. Goede wijn behoeft geen krans. Het kwartet bestaat al meer dan 25 jaar en speelde bij ons al in 2007 en 2017. Wij verheugen ons op het weerzien van dit gerenommeerde kwartet dat bekend staat om hun nauwgezette en kristalheldere uitvoeringen, waarbij ze zowel klassieke werken als hedendaagse composities tot leven brengen.
Het temperamentvolle en sfeerrijke spel van dit kwartet is gekenmerkt door een grote schoonheid en oog voor detail, doen denken aan de landschapsschilderingen van hun naamgever, Jacob van Ruisdael.
Met hun toewijding aan zowel klassieke als hedendaagse muziek, blijft het Ruysdael Kwartet, ook na 25 jaar, een belangrijke speler in de Nederlandse en internationale kamermuziek scene.
Bekijk een video van een optreden van het Ruysdael Kwartet.
Strijkkwartet in ere hersteld door…
Mozart, Brahms, Bartok. Drie kwartet fanaten die ieder in hun eigen tijd het strijkkwartet in ere hebben hersteld. Van ieder van hen klinkt vanavond een strijkkwartet. Alsof je op deze avond even door de geschiedenis van het strijkkwartet mag gaan. Bekijk het programma.
Benieuwd hoe deze strijkkwartetten zijn ontstaan en hoe deze componisten hun hart en ziel in het componeren legden? Lees dan snel verder.
Er zijn nog kaarten! Reserveer.
Programma Ruysdael Kwartet
Mozart
Strijkwartet opus 428 nr. 16
Bartok
Strijkkwartet nr. 3
Brahms
Kwartet in a opus 51 nr. 2
Luister anders naar het concert
Kennis over de componisten en de stukken, maken dat je anders luistert naar de muziek. Kees Hordijk heeft wederom tal van interessante weetjes en boeiende details bij elkaar gezocht. Nieuwsgierig? Lees bijzondere details over deze componisten en hun composities.
Onderstaande tekst is geschreven door Kees Hordijk.
Wolfgang Amadeus Mozart,
Strijkwartet Opus 428 nr. 16, 1783
Mozart is in zijn strijkkwartet opus 428 uit het jaar 1783 sterk beïnvloed geweest door Haydn. Haydn, 20 jaar ouder dan Mozart, en de uitvinder van het strijkkwartet zeg maar rustig. Ze kenden elkaar, ze hebben samen gespeeld. In dit kwartet kun je duidelijk horen hoe Mozart vernieuwingen heeft doorgevoerd die eerder door Haydn zijn bedacht. Haydn is misschien de uitvinder van het strijkkwartet, maar Mozart stellig zijn beste leerling.
Al direct bij het begin van het kwartet moet hij het publiek enorm hebben verrast in zijn tijd. Het kwartet start namelijk unisono met een korte reeks van noten die haaks op elkaar staan. Unisono wil zeggen dat de vier musici precies gelijktijdig een reeks van noten spelen. Heel ongewoon voor die tijd. De zaal moet geschrokken zijn door dit onverwachte begin. En de vernieuwingen in dit kwartet zijn daarmee nog lang niet allemaal benoemd.
‘De eerste viool spelen’
De meest belangrijke verandering in het kwartetspel in vergelijking met de tijd daarvoor is wel dat alle vier de instrumenten even belangrijk zijn geworden. Voor die tijd speelde de eerste viool veruit de hoofdrol en de andere drie strijkers mochten zo nu en dan meespelen. In dit strijkkwartet spelen de musici voor het eerst alle vier een gelijkwaardige rol. Okay, de eerste viool mag zo nu en dan nog even de show stelen maar snel genoeg wordt ze door de andere drie strijkers tot de orde geroepen.
Een andere vernieuwing die Mozart toepast is het chromatisch spelen van een reeks van noten. Noten spelen die naast elkaar liggen in de toonladder. Ook dat was revolutionair voor die tijd. Tot slot nog een vernieuwing. Mozart laat noten spelen zonder vibrato. U kent het vast. Je hoort de toon harder en zachter worden. Je ziet de vinger op de snaar op en neer bewegen. Alles moest in die tijd vibrato gespeeld worden. Mozart wijkt daar van af. Hij laat hier en daar de noten zonder vibrato klinken en dat geeft een indringend effect. Het karakter van de muziek verandert opeens totaal.
Eigenlijk mag u dit alles weer vergeten als u maar goed gaat luisteren naar een van de mooiste strijkkwartetten die Mozart geschreven heeft. Grote kans dat u het al kent wanneer u de eerste maten hoort. Het is immers een zeer geliefd kwartet. En niet voor niets!
Béla Viktor János Bartok
Strijkkwartet nr. 3, 1927
Dit kwartet is geschreven in 1927. Een slordige 50 jaar na het verschijnen van Brahm’s zijn strijkkwartet. Als je naar dit strijkkwartet luistert weet je niet wat je overkomt. Vier musici die keihard aan het werk zijn. Die de strijkstok wild over de snaren halen. Nee, niet halen. Het is meer een slaan, een beuken op de snaren. Veel melodie zit er niet meer in. Bovendien lijken de vier musici allemaal hun eigen stuk te spelen. In de verte kun je nog horen dat het bij elkaar hoort maar het klinkt toch alsof het niet helemaal bij elkaar aansluit. Hier en daar is de muziek atonaal. Je hoort geen melodie meer. Alleen maar zweepslagen op snaren. Alsof ze afgeranseld moeten worden.
En toch…
Even later keert er een zekere rust terug. De muziek klinkt als kabbelende golven die door elkaar heen bewegen. Er lijkt geen sprake meer van harmonie en samenspel. En toch wordt het muziek. En toch is alles op elkaar afgestemd. Alleen viert hier de disharmonie en atonaliteit de boventoon. In het gezamenlijke en wel degelijk op elkaar afgestemde spel. Deze muziek is nog weer veel heftiger dan die van Brahms.
Geïnspireerd door Beethoven
Bartok heeft zich laten inspireren door Beethoven maar dat is niet makkelijk te horen. Bartok is de componist die het belang van het strijkkwartet tot zijn hoofdzaak maakte. En zoals Brahms het strijkkwartet in de 19e eeuw van de ondergang redde zo doet Bartok dat 50 jaar later ook weer. Het strijkkwartet redden door het een totaal nieuwe klankwereld te geven. Hij schreef zes strijkkwartetten en deed daar zijn hele leven over. Dit derde kwartet is misschien wel het meest bijzondere. Door de delen die zonder pauze in elkaar overgaan. En door bijzondere strijk effecten zoals de stok vlakbij de kam laten strijken of de rug van de stok over de snaren laten gaan.
Johannes Brahms
Kwartet in a opus 51 nr. 2, 1865
De strijkkwartetten van Brahms zijn moeizaam tot stand gekomen. Of al voor voltooiing door hem zelf afgekeurd. Van de 20 kwartetten die hij schreef zijn er maar 3 die hij goed genoeg vond. We weten dat Brahms heel kritisch was op zijn eigen werk. Hij vond het niet snel goed. Nu kwam dat ook door dat hij zo geïmponeerd was door Beethoven. 7 jaar duurde het voordat de beide strijkkwartetten uit opus 51 voor het eerst in het openbaar werden uitgevoerd. En ze werden ook nog meerdere malen door hem herschreven in die tussenliggende jaren. Ze dateren van omstreeks 1865 maar in 1873 mogen ze dan toch naar buiten.
Toch zijn de kwartetten van zijn hand belangrijk geweest in het voortbestaan van het strijkkwartet. Na hem hebben anderen ook weer durven componeren voor dit samenspel van 4 strijkers. Waaronder Béla Bartók die ook vanavond op het programma staat.
Klemtoon op de sfeer
Als je de muziek van dit kwartet hoort wordt duidelijk hoeveel verder Brahms is gekomen met deze vorm van samenspel. Zijn strijkkwartet valt op door de intensiteit van gevoelens die in de muziek worden uitgedrukt. Er ligt minder klemtoon op de melodie maar meer op de sfeer die ermee wordt uitgedrukt. Je hoort de emotionele zwaarte die Brahms eigen is maar ook het wonderbaarlijk lyrische samenspel der snaren. En de strijkers zijn helemaal gelijkwaardig aan elkaar geworden.
Als Beethoven met veel moeite 6 zulke prachtige kwartetten schrijft dan moet ik wel blij zijn als ik er 2 van middelmatige kwaliteit weet te voltooien.